Een soort jubileum, maar dan een paar jaar later. Want nadat het vieren van het 60-jarig bestaan vanwege corona in het water viel, konden ze bij DVO’60 nu echt niet meer langer wachten. En dus was het 27 mei, dan eindelijk zo ver. “Het was geweldig leuk!”
Noem het een reünie, begint de 71-jarige Piet van Osta met vertellen. “De mensen worden allemaal een dagje ouder én er zijn er ons al zoveel ontvallen… Daar wilden we niet langer mee wachten.” En dus werd eind december vorig jaar, de knoop doorgehakt. “Laten we het gewoon naar voren halen en een leuk feestje geven, dat hoort er toch bij?”
Eerbetoon
Zogezegd, zo gedaan. En dus was het 27 mei, één groot feest. Maar waar, was een speciale commissie al drie jaar lang mee bezig? “We hebben een wedstrijd gespeeld, van een vertegenwoordigend elftal van DVO’60 tegen een team van oud-spelers. Op het hoofdveld, gewoon lekker een partijtje.” Want bij een jubileum, hoort natuurlijk het eren van oude helden. Én niet alleen op het veld. “In de bestuurskamer hadden we een tentoonstelling ingericht, met de complete geschiedenis van DVO. Van de jaren ’60 tot nu. Met fotoboeken, oude shirts en natuurlijk bekers.” Een flinke klus, weet Van Osta. “De club had drie mensen voor het archief, maar Jan van den Oever is onlangs overleden. Nu doen Jan Aarts en ik het samen. We hebben allemaal boeken bijgehouden.” En dus was de tentoonstelling, ook meteen een soort eerbetoon, aan Jan. “De weduwe van Jan deed de opening, dat was heel mooi.” Vooral dus samen mooie herinneringen ophalen, ook al tijdens het organiseren vertelt clubman Van Osta. “Van sommige oud-leden wist je echt niet waar die waren gebleven. Twee leden waren er in 1960 tijdens de oprichting al bij, die hebben we proberen over te halen.” Met de animo, zat het sowieso wel goed, vertelt hij. “Bijna 200 man!”
Gegroeid
Een mooie en gezellige dag, schetst het manusje-van-alles van de club. “Het is gewoon leuk om oude verhalen te horen en elkaar weer te zien. DVO staat voor ‘Door Vrienden Opgericht’, dat is niet voor niks. Lekker buurten.” Maar ook, laten zien hoe mooi de club is. “Als leden van vroeger zien, hoe het hier gegroeid is. De kantine is misschien wel 40 keer zo groot, die schrokken zich kapot, haha!” Terwijl het voor hemzelf, de normaalste zaak van de wereld is. Geworden dan tenminste. “Ik ben er bijna elke dag nog. De JO17 trainen, zorgen voor het onderhoud, Walking Football en projectleider voor stages of werkzaamheden. Een beetje de sociale contacten.” Dus als iemand de vereniging kent, dan is hij het wel. “Het gaat heel goed met de club.
We hebben inmiddels elf senioren, de jeugd groeit, er komen steeds meer teams bij en ook de kantine leeft. Op vrijdagavond twee teams 35+, twee G-teams en dus Walking Football. Het is hier enorm gegroeid sinds 1960, kun je wel stellen!” En dat wil de trotse Roosendaler maar wat graag laten zien aan de mensen. “Het gaat erom, dat ze het hier naar hun zin hebben. DVO is altijd een aparte vereniging geweest, en dat zal het ook altijd blijven.” Maar in ieder geval met hem, aan het roer. “Volgend seizoen is mijn laatste jaar als trainer, de rest blijf ik lekker doen!”
Klik op DVO’60 voor de laatste artikelen over de club.
Klik op DVO’60 voor meer informatie over de club.