De Hond hoopt met Lewedorpse Boys een stabiele derdeklasser te blijven

0
207

Als jochie van zestien stroomde Stan de Hond (22) zes jaar geleden direct in bij de senioren van Lewedorpse Boys vanuit de JO17. Eerst als wisselspeler met wat invalbeurten, maar onder Paulus Poortvliet werd de aanvaller basisspeler om nooit meer uit het elftal te verdwijnen.

Webbanner VoetbalJournaal Robey-sportswear-teamkleding-teamwear
“Dat klopt inderdaad. Ik was net zestien toen ik al minuten mocht maken bij het eerste. Wij hadden op het dorp geen JO19 en moesten dus wel doorschuiven naar de senioren. Dat was in het begin wel aanpoten, zéker fysiek. Maar dat ging op trainingen en in de wedstrijden gelukkig steeds beter. Eerst nog in de vierde klasse, maar al snel maakte ik een promotie via de nacompetitie mee, speelden we twee jaar in de derde klasse, volgende een degradatie en werden we kampioen in het laatste ‘pre-coronatijdperk’.  Dat waren we onvergetelijke momenten moet ik zeggen.”

Inmiddels is de linksbenige aanvaller, die soms ook als buitenste middenvelder acteert in het elftal van coach Duitemeijer, met zijn ploeg dus twee coronaseizoenen verder en nog altijd derdeklasser. “Dat is ook het doel om daar te blijven natuurlijk. Ik denk ook wel dat we daarvoor een goede mix hebben in de selectie. Er komt zo af en toe wel wat door uit de jeugd en die trainen ook geregeld wel mee al. Over het algemeen hebben we overigens nog een jonge selectie en gaat zo af en toe nog wel gepaard met wisselvallige prestaties. Dat is ook hetgeen waarin ik mezelf nog absoluut moet doorontwikkelen. Het is nu vaak nog wel eens goed, voldoende en soms gewoon slecht qua wedstrijden. En daarin moet ik gewoon stabieler worden, dat ik altijd minimaal een zes of zeven weet te scoren qua niveau’, is De Hond zelfkritisch.

“Tegen de topploegen een prima wedstrijd op de mat leggen en dan soms als elftal tegen een degradatiekandidaat de punten morsen. Als je dan als doel hebt om jezelf zonder nacompetitie jaarlijks te willen veilig spelen, dan zijn dat wel elementen die eruit moeten in ons spel. Maar ik heb er vertrouwen in dat we dat voor elkaar kunnen krijgen en dat we op termijn gewoon een stabiele derdeklasser kunnen zijn.”

De aanvaller, die over flink wat longinhoud beschikt en bovendien toch ook wel af en toe zijn goaltjes meepikt, loopt al sinds de F’jes rond bij ‘Lebo’ en typeert zijn club als ‘heerlijk ons-kent-ons’ met een heel trouwe schare vrijwilligers en supporters. Een club ook waar voor de dorpelingen het voetbal als een ontmoetingsplek geldt om de sociale contacten te onderhouden. “En dat is toch hetgeen dat juist door heel veel de afgelopen twee seizoenen, voor zover je met vier gespeelde competitieduels van een seizoen kunt spreken, het meest wordt gemist. We hebben dan wel getraind en de technische staf heeft er alles aan gedaan om ons te allen tijde gemotiveerd te houden. Toch mis je het publiek, de wedstrijden en de gezelligheid van de kantine. Op het niveau waarop wij actief zijn is de ‘derde helft’ toch een essentieel onderdeel van het spelletje. Al is zo’n derde helft natuurlijk wel een stuk gezelliger als je goed resultaten boekt en wedstrijden wint.”

Voor het nieuwe seizoen voorziet De Hond weinig veranderingen bij zijn club. De trainer blijft en ook de selectie zal weinig veranderen. “We worden steeds allemaal een jaartje ouder en krijgen meer ervaring. Zelf heb ik ook niet direct de ambitie om te vertrekken of elders op een iets hoger niveau te gaan spelen. Ik ben ooit gevraagd toen ik nog in de jeugd voetbalde, maar ik besloot hier te blijven. En tot op heden heb ik daar nog altijd geen seconde spijt van gehad.”

Klik hier voor meer informatie over Lewedorpse Boys

Klik hier voor meer artikelen over Lewedorpse Boys