Toen ze hem vroegen mee te trainen met het eerste, had hij maar weinig bedenktijd nodig. Maar dat Daan Baas nu al een onbetwiste basisspeler zou zijn bij derdeklasser Victoria’03, had de zeventienjarige middenvelder na zijn terugkeer van RBC Roosendaal zelf ook niet verwacht.
Drie seizoenen lang, vanaf zijn veertiende, speelde Baas in de jeugdopleiding van RBC. Het eerste was top, daarna werd het eigenlijk alleen maar minder, vertelt hij. “Ik kon het niet zo goed vinden met de trainer, dat wilde ik niet nog een jaar. In mijn eerste seizoen heb ik veel geleerd, daarna werden de trainers steeds minder goed.” Toch was het een leerzame periode, erkent de jongeling. “Daar heb ik wel het spelletje ‘voetbal’ geleerd. Echt goed leren voetballen.” Maar het plezier was weg, de pijp leeg. “Eigenlijk ging ik terug naar Victoria om met mijn vrienden te gaan voetballen, in een vriendenteam. Toen vroeg Danny (Mathijssen), trainer van het eerste, mij.”
Klein jongetje
Hij deed voordat het seizoen echt begon al een training mee, dat ging nog niet helemaal van harte. “Voor mijn gevoel kwam ik toen nog wel tekort, dat was echt anders dan jeugdvoetbal. Maar heel lang had ik niet nodig om na te denken, ik houd van echt voetbal, dat zie je toch meer bij een eerste elftal.” Want, zo moet Baas toegeven, voor het eerst bij de senioren was toch best spannend. “Al die mannen, zo fysiek. Ik moet het van het voetballen hebben. Daar moet ik ook meer mee bezig zijn, gewoon mijn ding doen, gewoon voetballen! Niet bezig zijn met hoe fysiek ze zijn.” En dat lukt best aardig, want zoals gezegd heeft de middenvelder direct een plekje veroverd op het middenveld, tot zijn eigen verbazing. “Uit het niets stond ik in de basis, dat had ik niet verwacht, maar voelde heel goed.” Wat iets minder goed voelt, zijn de schoppen die hij regelmatig te verduren krijgt, vertelt hij. “Als ik de bal te lang aan mijn voet houd, krijg ik een flinke trap. Dan weet ik meteen weer: dat moet ik niet doen, zo snel mogelijk doorspelen.” Gelukkig voor Baas kende hij al een aantal teamgenoten vanuit het dorp, hij weet nog goed hoe hij zelf als klein jongetje langs de lijn stond te kijken bij het eerste. “Dan hoopte je hier uiteindelijk ooit zelf ook te staan, ik ben best blij dat het nu echt zo is.”
Bescheiden
En dus heeft ‘Frenkie’, zoals ze hem binnen de club gekscherend weleens noemen, het uitstekend naar zijn zin. “Als dat gezegd wordt, zie ik dat maar als compliment! Ik ben voor Ajax, dus het mag. Misschien speel ik wel een beetje als hem, ook op ‘6’. Ik kom graag de bal halen, zodat ik kan opbouwen en het spel kan verdelen.” Enthousiast als hij is, denkt Baas dit seizoen hoge ogen te kunnen gooien met zijn Victoria. “We willen allemaal promoveren, maar ik hoop echt dat we kampioen kunnen worden.” Ook zijn eigen lat legt hij graag hoger. “Het zou heel mooi zijn om bijvoorbeeld in de hoofdklasse te spelen, maar dat is nu nog wel te gek hoor. Nu ben ik gewoon nog lekker hier bezig.” Toch houdt hij het allemaal goed in de gaten. “Bij Baronie en Halsteren lopen echt allemaal heel goede voetballers, zo ver ben ik nog niet.” Het tekent de bescheidenheid van Baas. “Je moet nooit naast je schoenen gaan lopen, daar houd ik niet van.” Want hoe goed het nu ook gaat, er is altijd ruimte voor verbetering. “Fysiek moet ik natuurlijk beter worden, maar ook verdedigend en in de omschakeling. Eigenlijk zonder bal dus, haha. Voetballend zit het wel goed, aan de bal blijf ik gewoon lekker mijn ding doen!”
Klik hier voor meer informatie over Victoria ’03
Lees hier meer artikelen over Victoria ’03