Een ‘klein monstertje’ als aanvoerder, een supervoetballer op het middenveld en een aanvaller met paardenlongen. Het klinkt als een slechte mop, maar blijkt voor Alliance JO10 een succesvolle formule. Tenminste onder leiding van Deniz Coban. “Die kinderen geven zoveel energie.”
Assistent bij een seniorenteam, ambities als hoofdtrainer én vol met fanatisme. De 30-jarige Coban staat letterlijk en figuurlijk te trappelen. Ook toen ze hem vorig jaar namens de club eens vroegen. “Ik heb vroeger altijd in de jeugd bij Alliance gevoetbald en via een bekende van mij, bij zijn zoontje zochten ze een trainer, ben ik hier weer beland. Je moet ergens beginnen!” Want, dat moge duidelijk zijn, de jeugdtrainer barst van de ambitie. “Op dit moment heb ik nog geen papieren, maar die wil ik zeker gaan halen.”
Plezier hebben
Maar ook zonder papieren, gaat het hem voorlopig goed af. Want behalve assistent-trainer bij Rimboe, is Coban dus vooral druk met de JO10 van de club uit Roosendaal. En met succes. “Ze moeten lekker plezier hebben en allemaal genoeg spelen. Het kind staat voorop.” Maar, zo is de Roosendaler wel eerlijk. “Ik win natuurlijk liever, dan dat ik verlies.” Gelukkig ging afgelopen seizoen dus vrij aardig, merkt hij ook aan de reacties. “Positieve feedback van de ouders, we maken ook echt stappen. Die kinderen hebben zo’n positieve vibe en energie, de ontlading en vreugde als we winnen…” En dus gaat Coban steeds een stapje verder. “Je ziet ze gewoon beter worden. De dingen die ik leer bij de senioren, pas ik ook toe bij die kleintjes. Makkelijk voetballen, de goede keuzes maken en niet haasten. Ze zoeken elkaar echt op, door veel over te spelen.” Met het talent, zit het dan ook wel goed. “Onze aanvoerder is echt een ‘klein monstertje’, centraal achterin. Daar komt niemand voorbij. Die neemt ook al de boel op sleeptouw, voor bijvoorbeeld de warming-up.”
Een toetje
En dus kan Coban, het eerste half uur van de training, eigenlijk aan zijn aanvoerder overlaten, lacht hij. “Die weet het precies! Vaak beginnen we met loopoefeningen, dan een pass- en trapvorm met meestal wat lopen, een tactisch positiespelletje of dribbelen en daarna partij.” Tenminste. “Als ze het verdiend hebben. Bij mij bestaat de training vaak uit drie dingen: warm worden, werken en een toetje. Als ze de eerste twee goed hebben gedaan, krijgen ze een partijtje. Maar dat is niet altijd.” Een klein beetje, zoals hij is als trainer. “Als persoon ben ik rustig, maar langs de kant ga ik soms best mee in de emotie. Noem het ‘meeschreeuwen’, die coaching hebben ze ook nodig. Tijdens trainingen ben ik kalm en heb ik vooral mijn aandacht erbij. Om alles zo goed mogelijk te doen.” Het liefste ook volgend seizoen, vertelt Coban. “Ik heb met de club en ook de ouders, wel een beetje de afspraak gemaakt dat we het team bij elkaar houden én ik dan meega. Met dit groepje wil ik graag door, dat lijkt me zeker leuk!” Met zijn supervoetballer op het middenveld en een aanvaller met ‘niet normale’ longen, dus. “Die kan jagen, dat is ongekend. Daardoor komen teams moeilijk op onze helft, pakken we vaak al snel de bal af en kunnen we scoren.” Voor nu smaakt zijn eerste seizoen als jeugdtrainer dus zeker naar meer, toch is zijn doel uiteindelijk nog veel groter. “Ik heb zeker de ambitie om door te gaan en uiteindelijk trainer te worden bij de senioren!” Maar dus eerst nog even genieten van zijn ‘kleine monstertjes’.
Klik op Alliance voor de laatste artikelen over de club.
Klik op Alliance voor meer informatie over de club.