Met een hele familie die betrokken is bij Dussense Boys, zou je gerust kunnen zeggen dat er rood-wit bloed stroomt door de aderen van Joseph Reijnaars en zijn gezin. Hij tegenwoordig als wedstrijdcoördinator, zijn vrouw achter de bar. “We willen vooral laten zien hoe belangrijk en leuk het is.”
Eigenlijk als een soort uithangbord, voor alle vrijwilligers die Dussense Boys rijk is. “We doen het heel graag en samen zorgen we dat de club blijft leven.” Voor de 51-jarige Reijnaars begon die liefde al vroeg. “Toen ik vijf of zes was, ben ik hier begonnen. Uiteindelijk heb ik alle jeugdelftallen doorlopen en nog twintig jaar in het eerste gespeeld.” Tot de veel scorende spits zijn kruisband afscheurde. “Op mijn 43ste ben ik gestopt. Volgens mij was ik de eerste regionale topscorer.”
Goed voorbeeld
Ondanks zijn ‘voetbalpensioen’, is Reijnaars dus altijd blijven hangen. “De sfeer is goed, de club heeft veel vrijwilligers en iedereen loopt daar voor niks. Dat vind ik mooi.” Ook zelf deed hij ongeveer alles wat je maar kunt verzinnen. “Vanaf mijn zestiende was ik leider, later zat ik nog in het bestuur en tegenwoordig ben ik wedstrijdcoördinator.” Behalve dat, fluit hij ook nog zo nu en dan een wedstrijdje en houdt hij zich bezig met het indelen van de selecties. “Als ‘TC’ zijn we daar nu weer druk mee aan de slag. De teams en trainers voor volgend seizoen.” En dat allemaal samen met zijn drukke bestaan als vrachtwagenchauffeur. “Doordeweeks ben ik niet zo heel vaak meer op de club te vinden, maar in het weekend wel. We hebben gelukkig een brede groep vrijwilligers, dan is het prima te doen.” Voor Reijnaars is het dan ook niet meer dan normaal. “Het is zo ontstaan. Heel de familie zit bij de club. Ze voetballen allebei, maar zijn ook betrokken. Mijn dochter springt bij in de keuken van de kantine en mijn zoon is leider en scheidsrechter.” Een goed voorbeeld, doet volgen. “We proberen dat natuurlijk wel te stimuleren, gelukkig nemen ze dat over.” Jessica vult hem aan. “Het is ook belangrijk voor het dorp, dat er een voetbalclub bestaat. Het is een deel van je sociale leven. Dat geldt voor iedereen hier.”
Mee opgegroeid
En zoiets zorgt voor een band, vertelt ze. “Je kunt samen veel delen, lief en leed. Vroeger was het alleen de voetbal, nu kom je er met de kinderen.” Zorgen over de toekomst, maken ze zich in ieder geval niet. “Er zijn altijd weinig leden geweest, maar er blijft nog voldoende aanwas. En als de vrijwilligers het blijven doen, blijft de club gewoon bestaan.” En dat zit, gezien de familie Reijnaars wel goed in Dussen. “Het gaat van generatie op generatie, dat zie je ook bij ons.” Ook zijn vrouw heeft het vrijwilligerswerk niet van een vreemde. “Ik ben er echt mee opgegroeid. Mijn vader (Cees Schalken) deed, vaak als scheidsrechter, niet anders. Dat is wat dat betreft wel een beetje mijn voorbeeld.” Maar alleen, doen ze het natuurlijk niet. ” Als je de kantinebeheerster ziet, die steekt er zoveel tijd in”, blijft Joseph bescheiden. Precies dat is de reden dat Dussense Boys kan blijven bestaan. “Vrijwilligers zijn onmisbaar. Je moet het natuurlijk alleen doen als je het ook echt leuk vindt, maar we laten graag zien hoe leuk het is. Dan kost het echt minder moeite. Hopelijk gaan nog meer mensen dat ook zien!”
Klik op Dussense Boys voor de laatste artikelen over de club.
Klik op Dussense Boys voor meer informatie over de club.