Hij nam zes jaar geleden de rol over van Ed Bos: Gerrit Paauw is namens het bestuur van Rijnsburgse Boys verantwoordelijk voor de samenstelling van de A-selectie. “We nemen geen overhaaste besluiten.”
Het seizoen 2021/2022 loopt naar het einde en clubs kunnen de balans gaan opmaken. Op sportpark Middelmors kan worden teruggeblikt op een goed seizoen, vindt Paauw. “Het kan natuurlijk áltijd beter”, zegt het bestuurslid technische zaken. “Ik denk ook dat we zeker meer punten hadden kunnen pakken als voor ons bepalende spelers geen blessures hadden gehad zoals Zonneveld, Jongeneelen, Ros, De Bruin, Van der Moot, want dat zijn toch belangrijke spelers voor ons, ze hebben er allemaal in een fase een tijdje uitgelegen. Zo zal elke club zeggen dat ze meer punten hadden kunnen hebben.”
Na een seizoen zonder competitie was het doel van de Uien om zo hoog mogelijk te eindigen. “We hebben in de tweede divisie denk ik het zevende of misschien wel achtste budget, dus als je bijvoorbeeld bij de eerste vijf zou eindigen dan doe je het gewoon hartstikke goed, los van het feit dat we uiteraard altijd voor het hoogst haarbare moeten en zullen gaan. Niet dat degene met het hoogste budget altijd allesbepalend is, maar het speelt wel een hele belangrijke rol. Het verschil tussen ons en bijvoorbeeld AFC, Katwijk is vooral de bezetting van de bank. Als ons basiselftal fit is, ben ik ervan overtuigd dat we voor niemand hoeven onder te doen. Dat hebben we ook in genoeg wedstrijden bewezen.”
Vanwege de prestaties die tevreden stemmen heeft Rijnsburgse Boys voor komend seizoen dan ook geen reden om de selectie op grote schaal nieuw in te richten. “Het geraamte staat”, weet Paauw. “We zijn erin geslaagd om tien van de elf spelers die dit seizoen in het basiselftal staan te behouden. De enige (basis)speler die vertrekt is Masies Artien.”
De centrale verdediger, die zes seizoenen op De Middelmors speelde, draagt het komende seizoen het shirt van Spakenburg. Daarnaast vertrekken ook Robert Olijfveld, Ian van Otterlo, Max Hudepohl, Bart Duiker, Jesper Slootweg en Daily Loos naar een andere club, omdat zij geen uitzicht hebben volgend seizoen op een basisplaats. “Het is dus ook wel weer logisch dat zij elders gaan kijken”, zegt Paauw.
Inmiddels legde Rijnsburgse Boys Gilbrano Plet van Sparta Nijkerk, Jordy Hilterman van Koninklijke HFC, Daan Walraven van Ter Leede en Rob Overvliet van Noordwijk vast voor aankomend seizoen.
Rijnsburgse Boys zoekt zoals de laatste jaren behoedzaam naar versterkingen. “We moeten echt overtuigd zijn dat een speler een voetballende versterking is en dat hij graag voor Rijnsburgse Boys willen voetballen, maar het is ook heel belangrijk dat hij als mens past bij de club”, vertelt Paauw. Met ‘wij’ doelt hij op trainer Henk Wisman met zijn staf, en Bart Freke, die ook veel scoutingswerk verricht. “Als we een tip krijgen over een speler gaan we hem een paar keer bekijken. Dat is vooral het werk van Bart Freke, die veel verstand heeft van voetbal.
In de zoektocht naar ‘passende’ spelers hadden we afgelopen jaren regelmatig succes, om als voorbeeld Jeroen Spruijt, Bram Ros, Bram de Bruin en Bert Koomen te noemen. Die ontwikkelden zich in het geel-zwart tot echte clubspelers. “Het zijn vooral hele normale jongens”, zegt Paauw. “Voor Bram Ros, Jeroen Spruijt, Bram de Bruin en Bert Koomen gold dat ze op een lager niveau actief waren. Wij waren ervan overtuigd dat zij voor ons een versterking zouden kunnen worden en dan is het fantastisch om te zien dat dat ook uitgekomen is. Bram de Bruin is ons opgevallen bij Capelle. Barendrecht was ons in eerste instantie voor, maar een jaar later is hij toch gekomen. Jeroen Spruijt deed het heel goed bij Westlandia, Bram Ros bij HBS en Bert Koomen bij FC Lisse. Zij zijn dragende krachten geworden. Je kan het uiteraard nooit altijd goed doen want spelers bekijken blijft toch vaak een momentopname.”
Klik de link voor een recent artikel over de Rijnsburgse Boys