Middenvelder Nick Runderkamp (25) begon met veel hoop aan een loopbaan bij profclub Volendam. Definitief doorbreken deed hij er evenwel niet, maar met Quick Boys heeft hij een passend alternatief gevonden. Keihard werken, niet jammeren en vis als voornaamste exportproduct. “Ik ben blij met Quick Boys, maar de vis in Volendam is wel lekkerder.”
De rasechte Volendammer Runderkamp kreeg zijn vorming op voetbalgebied bij de plaatselijke FC, waar hij het tot zeventig wedstrijden in de hoofdmacht schoppen zou. Een comfortabel leven lag in het verschiet voor de man die stelt dat er eigenlijk niets leukers is dan met zo’n groep gasten op het veld staan. “Je hebt als voetballer een heerlijk bestaan natuurlijk. Je traint in de ochtend en ’s middags heb je alle vrije tijd van de wereld. Als je van je hobby je beroep kunt maken, is dat het mooiste wat er is. Helaas lukte het mij niet om bij Volendam aan boord te blijven. Mijn contract werd niet verlengd en ik had geen zin om voor een klein loon ergens in Brabant bij een BVO te gaan spelen. Toen er geen interessante profclub kwam, besloot ik voor mijn maatschappelijke loopbaan te gaan. Dat combineer ik nu met het voetballen bij Quick Boys.”
Runderkamp vertelt hoe hij elke dag opnieuw nieuwe ervaringen opdoet bij Waterland, een in Purmerend gevestigd accountantskantoor. Overboekingen, administratieve organisatie en jaarrekeningen komen hem inmiddels heel bekend voor. “Ik doe ook een opleiding om me verder in het vak te bekwamen. Ondertussen houd ik energie genoeg over om lekker bij Quick Boys te spelen. We hebben een prima groep en de club is natuurlijk een grootheid in de amateurwereld. Wat beleving betreft, is Quick Boys echt heel bijzonder.”
Sportpark Nieuw-Zuid, weet Runderkamp, loopt geregeld vol om de blauw-witte formatie aan te moedigen met een fanatisme dat niet zou misstaan op de Olympische Spelen. Als linkermiddenvelder voorziet hij de aanval van impulsen, soms ook is hij achter de spits terug te vinden. Het verschil tussen de Tweede Divisie en de Keuken Kampioen Divisie is hem zo zoetjes aan wel duidelijk geworden. “In de Tweede Divisie draait het meer om werken. Niet dat ik daar vies van ben hoor, in Volendam zijn we natuurlijk ook niet lui. Maar in de KKD was het gebruikelijk om altijd de voetballende oplossing te zoeken. Bij Quick Boys doen we dat ook wel, maar de beuk erin gooien staat ook hoog in het vaandel.”
Quick Boys bezet op het moment van schrijven de twaalfde positie in de Jack’s League. In het geheugen gebeiteld bij Runderkamp staat de tegentreffer in het uitduel bij ASWH, die zijn ploeg de volle winst kostte. “We waren veel beter en stonden door Darren Maatsen met 0-1 voor. ASWH scoorde echt volkomen uit het niets de gelijkmaker, het werd uiteindelijk 1-1. Toen dacht ik wel even terug aan mijn tijd bij Volendam. Daar zou zo’n tegengoal echt onacceptabel zijn geweest.”
Het laatste wat Runderkamp echter wil, is zuur omzien naar het missen van een loopbaan bij de beroepsvoetballers. Want: “Het zal vast ook aan mezelf liggen dat ik niet goed genoeg werd bevonden “Liever koestert hij zijn huidige bestaan, dat hem in financieel opzicht goed op de been houdt. ”In feite heb ik nu twee banen. Wat ik nu verdien, had ik bij een kleinere club in de Keuken Kampioen Divisie nooit gekregen. Soms ben ik moe ja, want werken op een accountantskantoor is best pittig. Maar ik krijg veel energie van het voetbal.”
Omdat vergelijken nu eenmaal in de aard van de mens zit, laat Runderkamp tenslotte zijn licht schijnen over de kwaliteit van de vis in Volendam en Katwijk. In laatstgenoemde dorp kunnen ze er best wat van, maar op de vis van Volendam staat geen maat. “Die is lekkerder, echt waar. Dat zeg ik niet omdat ik Volendammer ben. Als ik in Volendam tongfilet eet, heb ik het erg naar mijn zin. Voor zeebaars geldt hetzelfde.”
Meer informatie over, Quick Boys.
Klik hier voor meer artikelen over Quick Boys.