Ricardo Lelieveld voelt zich als een vis in het water op het middenveld van DCV. De Capellenaar is bij de Krimpenaren begonnen aan zijn tweede seizoen. “Iedereen wil toch in de schijnwerpers staan?”
Zijn studie zit erop en Lelieveld is toegetreden tot het gilde der arbeiders. Dagelijks is hij in de weer als makelaar in de scheepvaart. De broker heeft het in zijn nieuwe leven prima naar zijn zin.
Naar zijn zin heeft hij het ook op het Waalplantsoen, waar hij zomer 2020 neerstreek als voetballer. Met de overstap van DCV sloeg Lelieveld bewust een nieuwe weg in. Bij Capelle was hij uit beeld geraakt. “Ik zeg niet dat mijn positie uitzichtloos was, maar mijn perspectief om te spelen in het eerste was zeker niet groot. Capelle is natuurlijk wel hoofdklasse, je moet van goeden huize komen om in de basis te komen.”
In het eerste coronajaar leek Lelieveld, opgeleid bij Capelle, aardig op weg om een vaste kracht te worden. Onder trainer Ron Timmers kreeg de jeugd, waaronder Lelieveld, veel speeltijd. “Dat was mede ingegeven door de vele blessures die er toen waren. De prestaties waren niet geweldig en dan weet je dat er bij een club als Capelle iets gaat gebeuren. De club heeft daarna ook het roer omgegooid en de selectie versterkt. Voor mij en andere jeugdspelers betekende dat dat we verder weg van een basisplaats kwamen.”
Eenmaal geroken aan een basisplaats was spelen voor Capelle 2 een stap terug. “Niets ten nadele van het niveau, want reserve hoofdklasse is prima, Alleen doe je dat in redelijk anonimiteit. Er staan geen drommen mensen langs de lijn. Ik denk dat iedere voetballer de ambitie heeft om in een eerste elftal te spelen. Op een gegeven moment moet je ook de conclusie trekken of dat bij je huidige club kan. Bij Capelle werden mijn kansen eerder kleiner dan groter. Ik had op het middenveld goede voetballers voor me, zoals Julian Agatowski en Rutger de Bos. Ik neem Capelle ook niets kwalijk. Je haalt het of je haalt het niet. Voor mij was het beter om naar een andere club te gaan.”
Samen met Luuk Kraaijeveld, die inmiddels alweer is uitgevlogen naar eersteklasser Brielle, belandde hij bij DCV, waar Wout Ooms net trainer was geworden. “Het is twee niveautjes lager, maar nog altijd wel tweede klasse”, schaamt Lelieveld zich absoluut niet voor de stap terug. “We hebben een mooie selectie en de club een goede ambitie.”
Maar bovenal kan Lelieveld bij de 101-jarige dame spelen in zijn kracht: als dynamische middenvelder die meeverdedigt als het moet en opduikt in het vijandelijke doelgebied als de Krimpenaren ten aanval trekken. “Ik heb geen hekel aan lopen”, reageert hij. “Ik kan mijn energie op deze plek prima kwijt.”
Waar hij bij Capelle werd gezien als verdedigende middenvelder wordt hij DCV gebruikt als linkermiddenvelder met en drive naar voren en een drang naar achteren. “Ik kom veel meer in scoringspositie dan vroeger. Er wordt van mij daarom wel verwacht dat ik een paar doelpunten maak.”
Hij verwacht veel van zichzelf, maar ook van zijn teamgenoten komend seizoen. “Top5”, is zijn reactie als hem wordt gevraagd naar het doel voor de tweede klasse. “Favoriet zijn we niet, wel outsider.”
Voor meer informatie over DCV, klik hier.
Voor meer informatie over DCV, klik hier.