‘Iedereen is enthousiast en heeft plezier’

0
29

Oorspronkelijk afkomstig uit Vlijmen, kwam William van de Wal een jaar of vijf geleden bij Sparta’30 terecht. Eerst als assistent-trainer van Peter Burg bij het eerste en later samen met John Canzano bij de dames. Sinds dit seizoen, staat hij als hoofdtrainer van de vrouwen weer op eigen benen. “Daar hoefde ik niet lang over na te denken.”

Want toen de club Van de Wal (60) vroeg of hij de ambitie had om het eerste van de dames te gaan doen, wist de inwoner van Vlijmen het antwoord wel. “Ik vond het eigenlijk wel weer eens leuk om hoofdtrainer te zijn.” Een rol die de oefenmeester de laatste jaren, al even niet meer had vervuld. “Bij Vlijmense Boys ben ik jarenlang jeugdtrainer geweest en ook de JO19 van Haarsteeg heb ik nog getraind. En vanaf 2014 was ik twee seizoenen trainer bij de vrouwen van Vlijmense Boys, daarna heb ik een tijdje niks gedaan.”

Harder lopen

Tot hij vijf jaar geleden, samen met Peter Burg bij het eerste van Sparta’30 belandde. “Dat heb ik twee jaar lang als assistent-trainer gedaan, daarna ben ik naar de vrouwen gegaan.” Om sinds het begin van dit seizoen, dus op eigen benen te staan. Als hoofdtrainer van de Dames 1. “We hebben er zes jonkies bij gekregen, dus voor ons is dit eigenlijk een soort leerjaar.” En leren, doen ze genoeg, vertelt Van de Wal. “Iedere wedstrijd is volle bak, er zitten eigenlijk geen makkelijke wedstrijden tussen.” Maar gelukkig, gaat voorlopig alles naar wens. “De opkomst is uitstekend en iedereen is enthousiast en heeft plezier. En we hebben een mooie combinatie van ervaring en jonge meiden.”

Als voormalig assistent, kent Van de Wal zijn ploeg dan ook goed. “Dat is natuurlijk wel een voordeel. Ik ken die meiden en die meiden kennen mij. Ze weten precies wat ik kan en hoe ik ben. Dan lopen ze toch een stukje harder, als ze je aardig vinden.” Zijn voetbalplezier, heeft Van de Wal iedere geval weer helemaal hervonden. “Als assistent-trainer was ik er doordeweeks niet bij, omdat ik even niks meer om voetbal gaf.”

Dat fanatisme, is nu weer helemaal terug. “Als hoofdtrainer heb je natuurlijk meer verantwoordelijkheden, maar ik heb ook een heel goede assistent. Want alleen, kan je het niet. Je doet het echt samen.” Zeker als trainer van een damesteam, lacht Van de Wal. “Als je met vrouwen een discussie hebt, weten ze dat een maand later nog. Maar aan de andere kant, vrouwen zeuren niet. Die willen gewoon voetballen.”

Beter maken

Kortom, Van de Wal zit helemaal op zijn plek. “De derde helft en het enthousiasme van die dames, blijft voor mij het leukste. Naast natuurlijk het feit, dat je die jonge meiden iets wil leren.” Al doen ze dat toch vooral zelf, is hij van mening. “Je geeft ze als trainer misschien tien procent…” Toch is dat, natuurlijk niet helemaal waar. “Ik ben behoorlijk aanwezig langs de lijn. Als het goed gaat, sta ik echt te klappen.”

Maar vanzelf, gaat dat niet. “Daar trainen we veel op. Met pass- en trapvormen, positiespelletjes én conditievormen. We proberen echt te voetballen en niet te snel die bal lang te schieten. Alles draait bij mij om voetballen!” En met succes. “Zoals we het nu doen, met al die jonkies erbij, had ik niet verwacht. We trainen iedere keer keihard, dus eigenlijk ben ik nu al trots op ze.” Mede dankzij de nodige complimenten. “Ik hoor regelmatig dat mensen vinden dat we aardig voetballen. Dat zeg ik dan ook tegen die meiden. Dat vind ik mooi, dat anderen dat ook zien. Uiteindelijk doe je het daarvoor.”

Al moet Van de Wal daar stiekem ook wel een beetje aan wennen, is hij eerlijk. “Eigenlijk werk ik het liefste een beetje in de luwte, daarom vind ik het ook prettig om die dames te doen.” Hoelang is hij nog van plan om dat te blijven doen? “Ik wil tot mijn 65ste training blijven geven, dan vind ik het mooi geweest.”

Maar van afbouwen, is bij Van de Wal geen sprake. “In de komende jaren, zou ik nog wel eens een ander vrouwenteam willen trainen. Om te kijken of ik die ook beter kan maken. Bij een team dat mij nog helemaal niet kent. Soms vraag ik mezelf wel eens af of ik dat zou kunnen. Wat dat betreft, zit ik nog vol met ambitie.” Ambitie, die hij mede dankzij Jean Falkenburg en Sjef van Engelen ontwikkelde. “Van die twee trainers, heb ik heel veel geleerd. Ook hoe je met mensen om moet gaan. Daar ben ik ze nog altijd dankbaar voor!”

Klik op Sparta’30 voor de laatste artikelen over de club.
Klik op Sparta’30 voor meer informatie over de club.