Het teamgevoel is terug bij WDS’19

0
106

Na een goede voorbereiding en een overtuigende zege op SC Emma om de competitie af te trappen, viel een achtste plaats afgelopen jaar uiteindelijk behoorlijk tegen voor vierdeklasser WDS’19. En dus doet Quinten van Zalen er voor dit seizoen een flink schepje bovenop. “We moeten op zijn minst voor een periode gaan!

Een doelstelling die ze afgelopen seizoen, stiekem misschien ook al wel hadden in Breda. Zeker na een ijzersterk begin. “We draaiden misschien wel onze beste voorbereiding ooit. En daarna begonnen we de competitie met een 8-0-zege op SC Emma.” Kortom. “Alles zag er rooskleurig uit!” Maar rooskleurig werd het daarna, dus allerminst. “Vervolgens hebben we veel diepe dalen gekend.” Waar dat aan lag? De 23-jarige Van Zalen heeft wel een idee. “Het was voor ons heel moeilijk om met nederlagen om te gaan.”

Geen geheel

En met een seizoen waarin WDS’19 in totaal uiteindelijk elf keer verloor, krijg je het dan dus erg lastig. Merkte ook de gymdocent in opleiding. “Er kwam steeds meer gezeur naar elkaar op het veld. Niet inhoudelijk, maar als een soort aanval op de persoon zelf. Daardoor waren we niet meer één geheel.” Ook de nodige teamavondjes, bleken niet genoeg om de competitie te redden. “Daardoor kwam het teamgevoel wel weer wat meer terug, alleen was het verlies toen natuurlijk al geleden.”

Want met een achtste plaats, is Van Zalen nog altijd allesbehalve tevreden. “Ik had gehoopt dat we mee zouden doen voor de top vier.” Maar met slechts twee punten boven de nacompetitie, moesten ze zich bij WDS’19 eerder zorgen maken om degradatie. Al heeft de inwoner van Breda, die werkt in een kinderopvang, dat nooit echt gedaan. Mede door de wedstrijd tegen kampioen Terheijden, vertelt hij.

“Toen speelden we echt weer als een collectief en bleven we met z’n allen gaan. Dat gaf een heel positief gevoel.” Een gevoel dat Van Zalen graag mee wil nemen naar dit seizoen. Zonder te hoog van de toren te blazen. “We moeten nu natuurlijk een beetje voorzichtig zijn met onze doelstelling. Toch denk ik dat we op zijn minst voor een periode moeten gaan. Nacompetitie spelen en bij de eerste drie eindigen.” Aan de sfeer, kan het dit keer in ieder geval niet liggen, weet Van Zalen. “Die zit er goed in! Iedereen zoekt elkaar op en er zijn geen aparte groepjes meer.” Van spelletjes voor de training, tot aan samen ontbijten voor een oefenwedstrijd. “Eigenlijk is dat een beetje vanzelf gegaan, ook met de nieuwe jongens die erbij zijn gekomen. Dat klikt goed.”

Mee opgegroeid

Met die versterkingen én het verbeterde teamgevoel, heeft Van Zalen dan ook vertrouwen in een succesvoller seizoen. Al komt dat niet vanzelf, weet ook de verdediger. “We kunnen goed goals voorkomen, nu moeten we ze ook zelf gaan maken. Dat moeten we echt beter gaan doen.” Het liefste zou hij daar hoogstpersoonlijk zelf, een bijdrage aan willen leveren. “Ik sta nu vaak centraal achterin, maar eigenlijk vind ik mezelf meer een rechtsback. Iemand met aanvallende intenties, veel loopvermogen en snelheid. En ik verlies bijna nooit een kopduel, omdat ik behoorlijk hoog kan springen.” Kwaliteiten waar ze bij WDS’19 al geruime tijd van kunnen genieten. “Sinds mijn zevende. En ik heb nooit ergens anders gespeeld.” A

l scheelde dat laatste niet veel, moet Van Zalen eerlijk bekennen. “Afgelopen seizoen zou ik eigenlijk naar Victoria’03 gaan, maar dat is uiteindelijk niet doorgegaan.” Hoe dat kwam? “Ik had geen auto en ‘moest’ hier nog een jaar training geven, omdat ik mijn VC2 via de club heb gehaald. Alles bij elkaar, was dat net een beetje te druk geweest.” Naast het feit dat afscheid nemen van zijn club, nog niet zo makkelijk is, lacht Van Zalen. “Vroeger wist ik niet beter. Ik woon op drie minuten van het sportpark, dus op zondag ging je altijd naar de voetbal en bleef je vervolgens een hele dag hangen.

Naar het eerste kijken, buskruit spelen en pas ‘s avonds weer naar huis. Daar groei je mee op.” In de hoop daar zelf ooit ook te mogen spelen. “Ik weet alles nog. In de nacompetitie speelden ze toen tegen Beek Vooruit, dat vergeet ik nooit meer. Toen dacht ik wel: het zou heel gaaf zijn als ik daar later mee mag doen.” En zo geschiedde. “Op mijn zeventiende zat ik bij het eerste!” Na eerst alle jeugdteams te hebben doorlopen én training te hebben gehad van zijn huidige trainer, Gino Macnack. “Daardoor weet hij nog beter wat mijn kwaliteiten zijn en waar ik mezelf moet verbeteren.” Want ambities, heeft Van Zalen genoeg. “Ik hoop in de toekomst nog een stap hogerop te gaan!”