Begonnen als jeugdtrainer van zijn oudste zoon, is Geert Pijper bij Pelikaan nu inmiddels trainer van zijn dochter. En hoewel het soms ietwat zoeken is naar de balans, geniet hij daar als trainer van de JO11-3 met veel plezier van. “Enthousiasme is het belangrijkste.”
En enthousiast, dat zijn ze, bij de JO11-3 van Pelikaan. “Iedere wedstrijd weer, zijn ze gemotiveerd. Dat is het leuke!” Zelfs, nu er met enige regelmaat wordt verloren. “Ik probeer af en toe op zaterdag een opdracht te bedenken, waarmee ze dan een zakje chips kunnen verdienen. Puur om ze te motiveren.” Hoe dat werkt in de praktijk? Pijper (43) legt het met een grote glimlach uit. “Laatst stonden we best wel ruim achter, maar als ze in het laatste kwart twee keer zouden scoren, kregen ze een beloning. Dat lukte! Stonden ze allemaal keihard te juichen.”
Andere beleving
Na tien jaar als jeugdtrainer, weet Pijper dan ook wel hoe hij zijn pupillen moet motiveren. “Dit is nu het tweede seizoen dat ik dit team doe. Ooit begonnen als trainer van mijn oudste zoon, nu zit ik bij mijn dochter.” Hoe dat is? “Leuk, maar soms ook lastig. Je probeert toch de balans te zoeken, tussen het niet voortrekken, of juist wat kritischer zijn.” Gelukkig, doet de inwoner van Zwijndrecht het niet alleen. “We doen de trainingen met een aantal vaders, dat is heel fijn! Daardoor kun je elkaar toch aanvullen.” Want ondanks dat Pijper 35 jaar aan voetbalervaring met zich meebrengt, weet hij als geen ander hoe verschillend kinderen kunnen zijn. “Mijn zoon en dochter beleven voetbal op een totaal andere manier. Mijn zoon van veertien is heel erg prestatiegericht en is op donderdag al bezig met de wedstrijd van zaterdag. Terwijl mijn dochter op zaterdagochtend bij wijze van spreken nog niet weet tegen wie ze moet.” Maar juist dat, is voor Pijper misschien wel het allermooiste. “Dat verschil in beleving, vind ik mooi om te zien.” Heel stiekem, herkent de oud-speler van Pelikaan zichzelf er misschien ook wel in. “Ik heb hier een jaar of zeven in het eerste gespeeld, toen werden andere dingen interessanter.” Toch trapt de voormalig verdediger of middenvelder, die ooit begon bij Piershil, ook nu nog steeds een balletje. “In de 35+, met jongens waar ik vroeger ook altijd mee heb gevoetbald.” Pijper voelt zich dan ook uitstekend op zijn plek bij de vereniging, nadat hij op zijn vijftiende in Zwijndrecht kwam wonen. “Het is echt een familiaire club. Met een stevige basis en een gemoedelijke sfeer. Niemand doet gekke dingen.” Kortom. “Het is een club die bij me past!” Mede door de cultuur. “Iedereen wil presteren, maar tot op zekere hoogte. Niet ten koste van alles.”
Een dolletje
En juist dat, maakt het voor Pijper zo leuk om bij Pelikaan jeugdtrainer te zijn. “Daar kan ik uren over praten! Maar voor mij, draait het vooral om het voetbalplezier dat je wekelijks ziet.” Zijn voldoening, is dan ook groot. “Ik geloof heel erg in het belang van teamsport. Samen leren winnen én leren verliezen. Maar ook de interactie met elkaar, kinderen wat bijbrengen én zelf actief bezig zijn. Dat is voor mij het leukste van trainer zijn.” Op welk niveau dat dan ook is. “Ik ben eigenlijk van selectievoetbal, naar meer recreatief gegaan.” Een overstap, waar hij in het begin wel even aan moest wennen. “Ondanks dat ik het mezelf had voorgenomen én wist dat ze iets minder intrinsieke motivatie zouden hebben, viel het toch tegen. Ik had normaal altijd heel de training klaar staan, zodat je meteen door kunt gaan. Maar dat willen deze kinderen helemaal niet. Die willen af en toe ook even een dolletje maken.” Minder intensiteit en iets luchtiger, dus. “Uiteindelijk heb ik dat omarmd en gaat het hartstikke goed.” Vooral tijdens het inmiddels traditionele ‘Amerikanen’. “Daar eindigen we iedere training mee!” Maar wat is het precies? “Het is eigenlijk een soort spelletje. Spelers moeten op doel schieten, en als je mist moet je keepen. Dat is echt een hit!” En een mooi drukmiddel, lacht hij. “Als ze vervelend lopen te doen en je dreigt dat we niet gaan ‘Amerikanen’, dan gaan ze weer.” Tussendoor wordt er natuurlijk ook getraind op techniek en dingen die beter kunnen tijdens de wedstrijd. Maar het allerbelangrijkste? “Is enthousiasme!” Enthousiasme, wat Pijper iedere keer merkt als hij op de club komt. Of door het winkelcentrum loopt, lacht hij. “Soms kom je jongens tegen, die je vroeger training hebt gegeven. Dan roepen ze van een afstand: hey, trainer! Dat vind ik mooi. Ook om ze af en toe weer te zien voetballen.” Stoppen, zal de voetbalvader dan ook niet zo snel doen. “Zo lang mijn dochter voetbalt, blijf ik het doen!” En dus, starten ze na de winterstop met een nieuw team. “We hebben een aantal meiden in de JO11-3, maar je merkt dat dat steeds lastiger wordt. Dus ga ik, samen met Tim den Boer en Joery van der Waal, de hoofdtrainer van het eerste, een MO11 op poten zetten. Hun dochters zitten ook in het team!”
Klik op Z.V.V. Pelikaan voor meer artikelen over de club.
Klik op Z.V.V. Pelikaan voor meer informatie over de club.

