Binnen nu en vijf jaar terug naar de top van het amateurvoetbal. Het zijn de duidelijke en torenhoge ambities van RBC Roosendaal. Om dat te bewerkstellingen stelde de club oud-prof Robert Braber aan als trainer en hoofd jeugdopleiding, kwamen er spelers van een hoger niveau en moet alles binnen de stadionmuren weer voelen als een profclub.
Nog niet zo heel lang geleden balanceerde de oud-Eredivisionist op het randje van een faillissement. Een fusie met RKSV Halsteren ging niet door en een nieuw einde leek nabij. Maar hoe anders is de situatie nu. Merkte ook Braber toen hij voor het eerst in gesprek ging met de tweedeklasser. “Het was een heel helder plan vol met ambities. Ik zag de mogelijkheden, dat past bij mij als trainer. Ik moet het perspectief zien.” Zijn gevoel werd snel bevestigd. “De komst van sponsoren en nieuwe spelers, dat laat zien hoe serieus het is.”
Kwaliteiten
Dat uitgerekend hij voor de groep komt te staan is, na vier jaar in de jeugdopleiding van de club, niet zo toevallig. “Je volgt het toch met meer interesse. Op de achtergrond was ik al bezig met spelerslijstjes maken, nog voordat ik werd benaderd om trainer te worden.” Via Eric Hellemons kwamen ze uiteindelijk bij de 38-jarige Braber terecht, trainer worden zat als speler al in hem, vertelt hij. “Toen was ik al bezig met tactiek of het hebben van een plan. Eigenlijk was ik toen al een halve trainer.” In de jeugdopleiding van NAC Breda kwam hij erachter dat hij het ook echt leuk vond. “Dan werk je op een professionele manier samen met talentvolle jongens. Dat ik de kwaliteiten had om trainer te worden, dat gevoel had ik altijd al wel.” Inmiddels is hij druk bezig met het samenstellen van de selectie voor komend seizoen. Met Perry Bierkens en Giovanni Moerland trok de club twee spelers aan van een hoger niveau, de oud-prof van onder meer RKC Waalwijk, Willem II en FC Ingolstadt is dan ook tevreden met de huidige groep. “Met deze selectie durf ik al hoofdklasse te spelen, we moeten een elftal krijgen dat mee kan op een hoger niveau. Anders moet je bij promotie een heel nieuw team bouwen, dat schiet niet op.”
Profniveau
Samen met Rob Penders voerde hij de nodige gesprekken, maar niet alleen hun praatje wist de spelers te overtuigen. “Sommige jongens ken ik goed, dat helpt natuurlijk. We nodigen iedereen uit in het stadion, dat maakt toch indruk. Uiteindelijk wil elke voetballer toch in een stadion spelen?” Voor veel mensen klinkt het nu misschien nog als toekomstmuziek, voor de inwoner van Breda zeker niet. “Ik ben er al fulltime mee bezig. We trainen al samen, dan merk je dat we een leuke groep hebben vol met karakters. Je kunt alleen presteren als je een team bent. Kwaliteit en sfeer, daar geloof ik in.” Voorlopig zijn ze voor één jaar aan elkaar verbonden, maar eigenlijk staan allebei de partijen open voor een langere samenwerking. “Volgend jaar ga ik UEFA A doen, ik wilde zeker weten dat ik werd toegelaten, voordat ik langer zou tekenen.” Aan alles merk je dat er wat staat te gebeuren, vertelt hij. “Je hoort het als je in Roosendaal bent, iedereen is enthousiast. We timmeren op alle vlakken aan de weg.” Aan alles wordt dan ook gedacht. “De randvoorwaarden zijn straks gewoon op profniveau. We krijgen een fysiopraktijk in het stadion en ik ben druk bezig met een videosysteem, zodat we de wedstrijden kunnen analyseren.”
Inspiratie
Ook voor hem is het een nieuwe stap in de voetballerij, het betekent zijn debuut als hoofdtrainer. “Ik houd van initiatief. De bal willen hebben, fouten durven maken, maar vooral plezier uitstralen. Maar het belangrijkste is structuur, dat iedereen weet wat er van hem verwacht wordt.” In zijn jarenlange carrière als profvoetballer maakte hij natuurlijk een hoop trainers mee, niet iedereen maakte grote indruk op hem. “Helemaal geen vastigheden, elke keer maar weer wat anders. Dan dacht ik: dat moet ik toch beter kunnen?” Toch waren er ook een paar die hem juist wel inspireerden. “Jurgen Streppel was een trainer die altijd een plan had. Bij Ruud Brood hadden we juist een ‘Plan B’, zodat je iets achter de hand had als het niet liep.” In Duitsland leerde hij een heel ander aspect van het spelletje kennen. “Het smeden van een team. Iedereen is daar onderdeel van, daar wordt echt op gehamerd.” Ook de jeugd van RBC krijgt straks met Braber te maken. “We willen vooral structuur aanbrengen, met coördinatoren en een goede scouting.” Ondanks dat hij zelf niet echt meer op het veld staat, kan hij niet wachten. “We hebben echt spelers die het publiek kunnen vermaken, dit elftal is anders dan ze de afgelopen jaren gewend waren. Dat beloof ik!”
Klik hier voor meer informatie over RBC Roosendaal
Klik hier voor meer artikelen over RBC Roosendaal
