Met Edwin Grünholz verdwijnt komende zomer ook Mourad Mghizrat van het toneel bij Quick Boys. Na vier seizoenen scheiden de wegen van de assistent-trainer en de club van Nieuw Zuid. “Ik koester de mooie herinneringen en reken op een mooi laatste half jaar.”

Na zijn laatste jaren als voetballer bij topamateurclubs Haaglandia en Westlandia kwam er na een korte periode goed nieuws voor Mghizrat. “Ik zat een half jaar thuis toen ik gevraagd werd of ik er wat voor voelde om Derek van der Plas op te volgen. Edwin Grünholz, die mijn trainer was bij Westlandia, was toen al een tijdje hoofdtrainer bij Quick Boys. Vanwege die combinatie van een aansprekende club en opnieuw samenwerking met Edwin ging ik graag op het verzoek in.”

De nu 48-jarige Mghizrat kreeg er geen spijt van.
“Het is prachtig om bij zo’n grote club aan de slag te kunnen. Ik geniet ook van de hele entourage bij Quick Boys. Bij uitwedstrijden zie ik vrijwel altijd vier supportersbussen aankomen van onze club. Reken uit je winst. Er gaan vaak tussen de zevenhonderd en duizend supporters mee naar uitduels. Echt mooi, zo’n trouwe aanhang.”

Op het moment dat we hem spreken heeft Mourad Mghizrat een enerverende periode achter de rug. Hij volgde voor zijn werk de periodieke herhaling van zijn BHV-cursus , in het tweede weekeinde van december trad hij met Quick Boys aan tegen staartploeg TEC uit Tiel, tegelijkertijd met de kwarfinale van Marokko op het WK voetbal tegen Portugal. “Ik heb het laatste deel van die wedstrijd nog gezien op een scherm in de bestuurskamer”, vertelt Mghizrat. “Ik had niet verwacht dat Marokko net als in 1986 de kwartfinales zou bereiken. Want in een poule met België en Kroatië zou het heel moeilijk worden om bij de beste twee teams te eindigen.”

Mghizrat en hoofdtrainer Grünholz stoppen aan het eind van dit seizoen in Nieuw-Zuid. “In goed overleg met de club gaan we uit elkaar”, reageert Mghizrat. Een nieuwe club heeft hij nog niet op het oog. “FC Ikea”, reageert hij lachend. “We gaan het zien wat er op mijn pad komt.”

Mghizrat zal zich sowieso niet gauw gaan vervelen. Doordeweeks werkt hij bij Sparta Rotterdam, de club die tot nu toe zo verrassend goed draait in de Eredivisie. Dat is tevens de club waar de inwoner van Rotterdam-Nesselande zijn carrière als profvoetballer begon en waar hij na uitstapjes bij FC Utrecht en FC Den Bosch twee keer als aanvaller terugkeerde. “Ik werk vooral op het gebied van facilitaire zaken. Ik help mensen met afstand tot de arbeidsmarkt. Sommigen daarvan hebben bijvoorbeeld een paar jaar lang thuisgezeten. Bij Sparta werken we aan hun re-integratie in de maatschappij.”

Klik op Quick Boys voor de laatste artikelen over de club.
Klik op Quick Boys voor meer informatie over de club.