Ondanks dat hij graag had willen promoveren en het qua prestaties nog beter had gekund, kijkt Joep van den Ouweland met een positief gevoel terug op zijn eerste seizoen als trainer van derdeklasser Bavel. Met het vertrouwen, is bij de oefenmeester uit Gilze dan ook niks mis. “Ik zou graag kampioen willen worden of promoveren.”
Precies zoals ook afgelopen seizoen, eigenlijk al de bedoeling was. “Uiteindelijk is dat niet gelukt, omdat we het in de eindfase hebben weggeven.” Want met slechts negen punten uit de laatste zeven duels, moest Bavel uiteindelijk genoegen nemen met een derde plaats. En dat terwijl de ploeg lange tijd bovenaan stond. “Als we dit jaar écht mee willen doen, moeten we constanter worden. Nu hebben we het uit onze handen laten glippen.” Desondanks, heeft de 41-jarige Van den Ouweland allesbehalve spijt van zijn overstap naar Sportpark De Roosberg. “Ik heb het super naar mijn zin gehad! Het is een leuke groep én vereniging, alleen had ik graag willen promoveren.”
Anders trainen
Dat gebeurde, met een achterstand van zes punten op koploper Madese Boys, uiteindelijk dus net niet. “Als je zó dichtbij bent, wil je naar die tweede klasse… Het is ook extra zuur, dat je als nummer drie geen nacompetitie hebt. In feite hebben we het één wedstrijd voor het einde weggeven.” Toch voelt de voormalig profvoetballer van onder meer Go Ahead Eagles en De Graafschap zich helemaal thuis bij de derdeklasser. “Ik had bij Gilze graag nog een jaartje doorgegaan, maar de club wilde na twee seizoenen wat anders. Bavel staat te boek als een nette en fijne club, dus ik was blij dat ze met mij in gesprek wilden.” En die verhalen, bleken te kloppen, vertelt Van den Ouweland. “Daar is geen woord aan gelogen! Iedereen staat voor je klaar, er zijn een hoop vrijwilligers die het beste met de vereniging voor hebben en alles is goed geregeld. Het is echt een club die perfect bij mij past.” En ook de klik met de spelersgroep, is aanwezig. “Je merkt aan die jongens, dat ze het leuk vinden om op een andere manier te trainen dan dat ze gewend waren.” Hoe dat er in de praktijk aan toegaat? “Ik ben niet zo van een standaard warming-up, daarom zet ik liever twee rondo’s uit. Daarna gaan we vaak naar een positioneel gerichte pass- en trapvorm en we spelen veel positiespelletjes. Want door dingen te herhalen, word je een betere voetballer.” Met tactiek, probeert Van den Ouweland zijn spelers tijdens trainingen niet al te veel te vermoeien, vertelt hij. “Dan sta je veel stil én voetbal is voor mij ook vrijheid. Zoek voor jezelf de ruimte in balbezit, zeg ik altijd. Al moet je in het verdedigen en drukzetten natuurlijk wel bepaalde patronen hebben.”
Meer begrip
Patronen, die ook kunnen veranderen, lacht de inwoner van Gilze. “We hebben in het begin van het seizoen, redelijk gedurfd gespeeld. Met drie verdedigers. Maar uiteindelijk zijn we overgestapt naar vier, omdat de jongens zich daar prettiger bij voelden.” Typerend voor hem als trainer, denkt Van den Ouweland. “Ik probeer zoveel mogelijk tussen die gasten te staan en naar ze te luisteren. Niet zo autoritair en in voor een geintje. Je kan bij mij best een keer een training missen, als je daar een goede reden voor hebt. Door met ze mee te denken, krijg je spelers sneller achter je, denk ik.” Bijvoorbeeld tijdens wedstrijden. “We hebben echt geleerd om tactische aanpassingen te doen, om tot een beter resultaat te komen.” Ondanks dat Van den Ouweland als trainer, altijd zoveel mogelijk probeert uit te gaan van eigen kracht. “Ik houd van initiatief, goed voetbal en drukzetten. Een vast systeem heb ik niet echt, omdat je toch altijd afhankelijk bent van het materiaal.” Materiaal, dat de oud-middenvelder vol enthousiasme helpt om verder te ontwikkelen. “Dat is het leukste van trainer zijn, om je kennis en ervaring over te kunnen dragen.” Ervaring, die Van den Ouweland als ex-profvoetballer natuurlijk meer dan genoeg heeft. “Ik denk dat het wel een voordeel is, omdat je dingen toch sneller ziet. En je weet hoe spelers redeneren, je bent toch één van hen geweest. Daardoor heb je op sommige momenten misschien wat meer begrip.” Het bezig zijn met oefenvormen en het coachen van medespelers, zat er bij Van den Ouweland dan ook altijd al wel in, herinnert hij zich. “Ik ben regelmatig aanvoerder geweest, dat is ook niet voor niks. Als speler noteerde ik wel eens trainingen. Van iedere trainer neem je toch wel iets mee, ook in de benadering van spelers.” Wie zijn beste trainer ooit was? “Mario Been sprong er voor mij bovenuit. Die stond echt tussen de jongens, had leuke trainingen en was een leuk mens. Daar heb ik het meeste van geleerd. Doordat hij zelf ook goed kon voetballen, neem je ook sneller dingen van zo iemand aan.” Wat dat betreft, heeft ook Van den Ouweland zijn voetbalverleden alvast mee. “Ik zou met Bavel heel graag kampioen willen worden of promoveren. Maar de competitie is sterk, dus er is meer dan genoeg concurrentie!”
Klik op vv Bavel voor de laatste artikelen over de club.
Klik op vv Bavel voor meer informatie over de club.