‘Je hoort er toch niet echt bij als je niet speelt’

0
22
Uno Animo

Na ruim anderhalf jaar langs de kant te hebben gestaan met een zware kruisbandblessure, is Joris van de Langenberg eindelijk terug binnen de lijnen bij derdeklasser Uno Animo. Hoewel het conditioneel nog even wennen is, geniet hij met volle teugen van zijn rentree. “Als je niet speelt, hoor je er toch niet écht bij.”

De blessure liep Van de Langenberg (28) op tijdens de eerste competitiewedstrijd na de winterstop, uit bij FC Engelen. “Ik stond linksback en in een ongelukkig duel draaide ik mijn lichaam in. Mijn tegenstander knalde vol door op mijn been. Ik wist meteen dat het foute boel was.” Toch duurde het tien weken voordat de diagnose werd gesteld. “Ondanks dat ik zeker wist dat er iets mis was, heb ik tijdens een training nog geprobeerd of ik door de pijn heen kon lopen. Dat werd uiteindelijk niet meer dan een warming-up.”

In oktober volgde de operatie: een gescheurde kruisband. Bewust pas na de zomer. “Ik wilde die maanden nog kunnen genieten.” De revalidatie verliep daarna verrassend vlot. “Na zes maanden voelde ik me alweer redelijk fit, maar je weet dat je nog lang niet klaar bent.”

‘Je hoort er niet bij als je niet speelt’

Ondertussen bleef hij wel betrokken bij de club. “Ik hielp de staf, zorgde voor de Veo en hield statistieken bij. Maar dat is toch anders dan zelf voetballen.” Vooral het gevoel van er niet bij horen, vond hij lastig. “Als je maandenlang niet meedoet, kun je niet echt meepraten. Zeker als het slecht gaat en je het team niet kunt helpen, voelt dat machteloos.”

Het teamgevoel miste hij dan ook het meest. “Gewoon met z’n allen in die kleedkamer zitten.” Des te groter was zijn plezier toen hij onlangs eindelijk zijn eerste minuten weer mocht maken in het eerste elftal. “Conditioneel zwaar, na een jaar en negen maanden. Maar zó lekker om weer te spelen. Al had ik de dag erna natuurlijk wel spierpijn.”

Soms speelt zijn knie nog wat op, vertelt hij. “Af en toe heb ik last van vocht, maar ze weten nog niet precies waardoor dat komt.”

Angst en vertrouwen

De revalidatie veranderde zijn blik op voetbal. “Ik ben er veel bewuster over gaan nadenken. Nu moet ik het in het veld laten zien.” Angst hoorde daar in het begin ook bij. “Ik stapte soms uit een duel. Meer dan ik had verwacht.” Inmiddels gaat dat beter. “Laatst trainde ik voor het eerst echt vrij, zonder eraan te denken.”

Het helpt dat hij de beelden van zijn blessure terugkeek. “Ik heb het wel 35 keer gezien. Voor mijn gevoel was het een harde overtreding, maar dat viel eigenlijk mee.”

Ambities met Uno Animo

Met de degradatie van vorig seizoen is de doelstelling duidelijk: zo snel mogelijk terug naar de tweede klasse. Van de Langenberg wil daar als middenvelder een grote rol in spelen. “Het liefst op zes of acht, maar ik ben nu vooral blij dat ik er weer sta. Dan vind ik het ook prima om back te spelen.”

Uno Animo is bovendien écht zijn club. “Ik voetbal er al sinds mijn zevende. Al ben ik toen na een eigen doelpunt even gestopt,” lacht hij. “Maar na een paar maanden tennis ben ik weer teruggegaan. En sindsdien ben ik nooit meer weggeweest.”

Ambities om ooit nog te vertrekken, heeft hij niet. “Ik wil gewoon bij Uno in het eerste voetballen, fit blijven en weer basisspeler worden.” Aan zijn kwaliteiten zal het niet liggen. “Een speler met een goede trap, veel loopvermogen en iemand die graag duels aangaat. Ik speel in dienst van het team. Fel en een echte balansbewaker.”

Klik hier voor meer artikelen over Uno Animo
Klik hier voor meer informatie over Uno Animo