Helemaal tevreden, zijn ze bij FC Drunen na de seizoenstart voorlopig nog niet. Want ondanks dat de ploeg meedraait in de bovenste regionen van de vijfde klasse, had er volgens Soufiane Bakkali nog meer ingezeten. “Die gelijke spelletjes waren best wel teleurstellend.”
Want volgens hem, had FC Drunen er daar zeker minimaal twee van moeten winnen. Toch beseft de 34-jarige Bakkali ook, welke stappen de club de laatste maanden heeft gezet. “Vorig jaar begonnen we matig en waren we te wisselvallig. Rond de winterstop, bungelden we ergens in de onderste regionen.” Het trainingskamp in januari, in het Turkse Antalya, veranderde daarna alles, lacht de centrale verdediger. “Dat was een geslaagd tripje! Vooral qua teambuilding en gezelligheid. Dat heeft bijgedragen aan de betere resultaten.”
Puntenaftrek
Al kwam de opmars in de competitie niet alleen daardoor, vertelt Bakkali. “Het eerste half jaar was het proberen en iedereen tevreden houden, na de winterstop hebben we echt puur op resultaat gespeeld.” Hetgeen nog bijna een periodetitel opleverde. “In de laatste periode stonden we bovenaan, dus daar wilden we vol voor gaan. Tot het door die puntenaftrek als een nachtkaars uitging.” Een situatie die de nodige uitleg behoeft. “Tegen Wadenoijen werd er een harde overtreding op een speler van ons gemaakt, die reageerde vervolgens met een duw en daarna ontstond er het nodige duwen en trekken.” Het incident werd door de KNVB gezien als een massale vechtpartij en leverde FC Drunen uiteindelijk een flinke straf op: vier punten in mindering. “Ondanks dat de aanwezige rapporteur van de KNVB schriftelijk gemeld had dat er alleen sprake was van enig duw- en trekwerk.” Een flinke deceptie. “Daardoor kwamen we één punt tekort voor de periode. Dat was natuurlijk wel heel zuur. Zeker omdat het voelde als onrecht.” Genoeg motivatie in ieder geval, om er dit seizoen alles aan te doen om die nacompetitie wél te halen. “We hebben de goede reeks van na de winterstop doorgezet en gaan nu vol voor de bovenste plekken. Ons doel is promotie. Daar heb ik alle vertrouwen in!” Mede dankzij een nieuwe formatie. “Alles is daardoor op zijn plek gevallen. We zijn beter gaan voetballen en hebben meer vastigheden.”
Nieuwe positie
Aan kwaliteit, ontbreekt het bij FC Drunen sowieso niet, vindt Bakkali. “Met de groep die we hebben, zijn we het min of meer verplicht om te promoveren.” Inmiddels bezig aan zijn derde seizoen bij de club én in het verleden op een hoger niveau te hebben gespeeld, kan de inwoner van Haarsteeg het weten. “Ik ben begonnen bij Vlijmense Boys en heb daarna in de jeugd van Willem II gespeeld. Tot de A1. Daarna heb ik onder meer zeven jaar lang in het eerste van WSC gespeeld, voordat ik weer terugkeerde bij Vlijmense Boys. Om samen met mijn broertje te spelen.” Via vrienden, belandde Bakkali uiteindelijk bij FC Drunen. “En ook de trainer kende ik al jaren. Dus dat voelde als een goede stap.” Wel één, naar een lager niveau. “Ik heb jarenlang in de tweede klasse gespeeld, maar ik vond het wel best zo. Ik wist toch dat er niet meer in zat.” Een beetje tijd om af te bouwen dus. “Nu voetbal ik met vrienden en collega’s, die ik ook buiten de voetbal regelmatig zie. Het is een leuke mix, met jonge gasten. Bij een leuke club om te zijn.” Op een voor hem nieuwe positie. “De trainer wilde graag een afjagende spits hebben, dat moet je van mij niet verwachten. Ik ben absoluut geen loper. Meer een luie voetballer. Dus daarom vindt hij voetballen van achteruit, beter bij me passen.” En dus staat Bakkali sinds twee seizoenen, centraal achterin. “Dat bevalt goed! Ik heb het spelletje nu voor me en door mijn ervaring, zie ik sneller wat er nodig is.” Ook in de opbouw. “Met mijn traptechniek, kan ik aardig een balletje wegleggen.” Heel lang nodig om te wennen, had de routinier dan ook niet. “Als oud-spits weet je wat de tegenstander gaat doen. Je weet hoe een aanvaller denkt. Daardoor kun je makkelijker anticiperen.” Zelfs eventueel als keeper, lacht hij. “Ik heb tot nu toe door blessures, al een aantal keer moeten keepen.” Uitsluiten doet Bakkali dan ook helemaal niets meer. “Het maakt niet uit waar ik sta, als ik maar kan voetballen.” Zonder al te veel te lopen, dan wel natuurlijk. “Ik merk nu dat ik pijntjes begin te krijgen en langer moet herstellen van een wedstrijd.” Maar aan stoppen, wil hij liever nog niet denken. “Als het fysiek gaat, ga ik zo lang mogelijk door.” Om daarna, iets in de trainerswereld te gaan doen. “Dat heb ik al besproken met de club. Daar wil ik graag aankomend jaar mee starten!”
Klik hier voor meer artikelen over FC Drunen
Klik hier voor meer informatie over FC Drunen

