De in zijn ogen te lage klassering van DSS’14 in de vierde klasse gaat hem aan het hart. Met Daniël de Haan heeft de club uit Heesselt en Varik een bloedfanatieke elftalleider, assistent-trainer en als het moet een extra verzorger. “De jongens weten dat ik er altijd voor hen ben.”
“Mooi werk, hoor”, zegt De Haan als hij vertelt dat hij als zzp’er in de bouw vooral bezig is met restauraties van oude gebouwen. “Ik renoveer en herstel momenteel grote delen van een kasteel. Dat zijn mooie klussen om te doen.”
Het past bij de persoon die hij is. Als De Haan iets doet, dan doet hij dat vol overgave en passie. Zo was hij ook als speler van het vroegere DSS’14. “Ik was bloedfanatiek. Ik wilde altijd winnen. Daarom zag ik het niet zitten om in het tweede elftal te gaan spelen toen ik op mijn 37ste stopte in het eerste. Ik wist: dat gaat botsen. Ik heb later nog wel bij de veteranen gespeeld, maar kwam meer niet dan wel op de club.”
Maar de liefde die De Haan voor zijn club had verdween nimmer en bloeide afgelopen zomer op. “Door mijn zoon, die in het tweede elftal speelt, kwam ik wat vaker op het voetbalveld. Ik raakte wat meer betrokken en ben ook het eerste elftal weer wat meer gaan volgen.”
Uitgerekend in die periode beleefde DSS’14 zijn hoogtepunt. Na een enorme inhaalrace plaatste het team van trainer Mustapha Alouad zich voor de nacompetitie en daar ging de victorie door. De Haan, die zelf met SV De Waalkanters – één van de twee clubs waar DSS’14 uit voortkwam – promoveerde naar de vierde klasse, maakte het van dichtbij mee.
“Het was een enorm feest en terecht. Op de promotiedag vroeg Mustapha of ik hem wilde helpen. De sfeer was er niet naar om nee te zeggen”, lacht De Haan.
Omdat de functie van De Haan zich moeilijk laat vangen – hij is elftalleider, assistent-trainer en springt bij in de verzorgingskamer – werd er een nieuwe voor hem bedacht. “Performance coach dus.” Volgens hemzelf een veel te groot woord voor zijn rol in de begeleidende staf. “Ik ben gewoon manusje-van-alles. Ik verzorg het materiaal, de kleding, alles.”
Maar wat hij misschien het allerbelangrijkste vindt is dat ‘de jongens’ altijd bij hem terecht kunnen als zij een probleem hebben of behoefte hebben aan een goed gesprek. “Ik vind het sowieso belangrijk om tijdens wedstrijden positief te coachen. Dan heb ik het ook over de spelers onderling in het veld. Dat weten de jongens ook van mij, dat ik daar erg prijs op stel. Chagrijnen doe je maar ergens anders.”
En positivisme kan DSS’14 in deze periode goed gebruiken, want de comemaback in de vierde klasse verloopt allesbehalve van een leien dakje. “We hebben moeilijk, maar dat is niet gek als je kijkt naar het aantal blessures waarmee we kampen. We misten elke wedstrijd wel vier, vijf basisspelers. Hun vervangers doen wat ze kunnen, maar het zijn natuurlijk niet voor niets spelers die in de basis staan.”
Toch heeft hij goede hoop dat DSS’14 zich veilig speelt. “Als we compleet zijn, gaan we nog veel punten pakken.”
Klik op DSS’14 voor de laatste artikelen over de club.
Klik op DSS’14 voor meer informatie over de club.
