Mark van Steekelenburg maakte dit seizoen af als keeper van Quintus. Dat is opmerkelijk, omdat de 24-jarige inwoner van Kwintsheul op de spelerslijst staat als verdediger. “Nood breekt wetten”, aldus de 24-jarige transportplanner. “Als ik de ploeg op deze manier van dienst kan zijn, doe ik dat.”
Nadenkend is Van Steekelenburg het logische noodverband van trainer Richard Langeveld. Toen de Heulenaren werden geconfronteerd met een serieus keepersprobleem was het niet vreemd dat zij in de verdediger de oplossing zagen. Met het rijke keepersverleden van Van Steekelenburg was het nog vreemder geweest als Quintus niet bij hem zou hebben aangeklopt. “Ik heb er niet lang over moeten nadenken toen de vraag kwam of ik tot het einde van het seizoen wilde keepen”, zegt Van Steekelenburg. “Natuurlijk help ik de club uit de brand. Ik ben speler van het team en heb er zelf ook alle belang bij dat we een goede keeper op doel hebben staan.”
Quintus begon het seizoen nog met twee keepers. Dat was al krap om het eerste en tweede elftal te bemannen. “Toen duidelijk werd dat de trainer koos voor Robin Maat als eerste keeper is de andere vertrokken. En toen was er nog één.”
Dat ging goed totdat Maat een zware blessure opliep begin december. “Hij heeft een afgescheurde pees in zijn vinger en daar is hij wel even zoet mee”, vertelt Van Steekelenburg, die van de één op de andere dag een andere rol kreeg. In plaats van positiespel met de veldspelers lag hij zichzelf ineens weer vies te maken in de modder. “Keepen heeft niet meer mijn voorkeur, maar ik vind het ook geen straf. Ik heb jarenlang gekeept. Het voelt een beetje als een oude liefde die opbloeit.”
Van Steekelenburg was in zijn jeugdjaren een groot keeperstalent. Zó groot dat ADO Den Haag hem inlijfde. Dat avontuur hield op de B-leeftijd op. “Ik kwam door een blessure op het tweede plan terecht. Dat vond ik vreemd omdat ik daarvoor altijd vast in de basis had gestaan.” Bij Quintus, bij zijn oude vrienden, hervonden hij zijn plezier. Zijn eerste twee seizoenen bij de selectie maakte hij mee als keeper. “Ik had als keeper dus al een tijd geleden mijn debuut gemaakt. Maar inmiddels ben ik alweer ruim twee jaar speler. Dat gaat niet ongestraft. Keepen verleer je niet, maar als je al iets zolang niet hebt gedaan, heeft het tijd nodig om alle facetten van het keepersvak weer goed te beheersen. Dat heb ik ook gezegd tegen de trainer. Verwacht geen wonderen van mij. Om mijn oude niveau te benaderen moet ik wedstrijden spelen en ritme opdoen.”
Meer informatie over Quintus? Klik hier.
Klik hier voor de volledige krant van Westland.